De leider van Bonfire, Erwin Wietses, is een heel bijzonder mens. Toen God het in zijn hart legde om de Bonifatiuskerk – toen nog een druk bezochte uitgaansplek – ‘terug te brengen naar Zijn Koninkrijk’, besloot hij de gemeente Dordrecht te bellen. Een half jaar later had hij de sleutels in handen en verhuisde hij zijn kantoor naar het pand. Zijn gevleugelde uitspraak in de zeven hierop volgende jaren: “het is allemaal niet zo spannend”. Met diezelfde nuchterheid kocht hij onlangs een ander monumentaal pand om er een stadsklooster van te maken. Met als vertrekpunt niet meer dan wat ruwe schetsen en een paar enthousiaste vrijwilligers.

Ik heb veel bewondering voor mensen als Erwin. Mensen die stappen durven zetten in geloof die ze zelf niet kunnen overzien, die hun eigen kunnen ver te boven gaan. Het is eigenlijk dwaasheid. Tenzij je écht gelooft dat God een plan en een bedoeling heeft. En dat Hij wat in de ogen van de wereld dwaas is, heeft [..] uitgekozen om de wijzen te beschamen en wat in de ogen van de wereld zwak is, heeft [..] uitgekozen om de sterken te beschamen (1 Kor. 1:27).

Ik denk dat velen, net als ikzelf, geneigd zijn naar binnen te kijken als we een nieuwe stap overwegen. We analyseren onze capaciteiten, onze ervaring en onze slagingskansen en maken op basis daarvan een keuze. Als we eerlijk naar onszelf kijken zien we vaak talloze redenen om onze verwachting maar niet te hoog te stellen: ‘ik ben nog niet ___’; ‘ik heb nog last van ___’; wat als ik ___’? En er is een vijand die er als de kippen bij is om het te bevestigen: ‘je bent niet goed genoeg, dus laat maar zitten’. En dat doen we dan ook vaak, met als gevolg dat er niks van de grond komt.

Maar mensen als Erwin, die kijken helemaal niet naar zichzelf. Die weten dat ze het niet van zichzelf te verwachten hebben. Voor hen is het overduidelijk dat er geen kans van slagen is als het van henzelf afhangt. Niet omdat ze zo’n laag zelfbeeld hebben, maar omdat ze zo’n hoog Godsbeeld hebben. Ze weten dat Zijn plannen onze plannen ver te boven gaan, zo hoog als de hemel is boven de aarde (Jes. 55:9). Maar ze geloven ook dat Hij hen in die plannen wil betrekken, en daarom zitten ze niet stil. Als God hen roept, dan komen ze in beweging.

In de wereld wordt de mens tot god gemaakt: je kan álles als je maar hard genoeg je best doet. Maar laten we gewoon eerlijk erkennen: we zijn maar mensen. Bijzondere wezens met allerlei potentie, maar ook klein, beperkt en zwak. Het was Gods bedoeling dat we afhankelijk van Hem zouden zijn, want Hij wil met ons sámenwerken. Onze zwakheid is voor Hem geen probleem, maar juist een kans om zijn kracht te tonen: Mijn genade is voor u genoeg, want mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Daarom zal ik veel liever roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij komt wonen (2 Kor. 12:9).

De definitie van roemen is: ‘de lof verkondigen van, prijzen’ (van Dale). Ha! Dus de volgende keer dat je door jezelf of wie dan ook wordt gewezen op je zwakheid, zie het als een compliment! Je zwakheid is te prijzen, want daarin kan Gods kracht ‘wonen’! Daar doorheen kan Hij zichtbaar worden. Als de vijand komt met: ‘je bent niet goed genoeg, dus laat maar zitten’, bedank hem voor de herinnering dat het niet van jou afhangt, maar van Gods genade die met jou is (vgl. 1 Kor. 15:10). En laat je niet langer tegenhouden om de roep die klinkt in je hart te volgen. Kom in beweging en laat je zwakheid, je kleinheid, je menselijkheid, een podium vormen voor de kracht en de grootheid van God. Ook als je dat soms, net als ik, best een beetje spannend vindt.

Geest van God, leer mij te gaan over de golven
In vertrouwen U te volgen
Te gaan waar U mij heen leidt
Leid mij verder dan mijn voeten kunnen dragen
Ik vertrouw op Uw genade
Want ik ben in Uw nabijheid
– Opwekking 789

Phillian
Bonfire Huis van gebed